Door op 19 oktober 2014

KOERIERS

Wie kent niet de koerier die aan de deur komt vragen of je een pakje voor de buren in ontvangst wil nemen. In straten met veel huishoudens waar overdag ‘iedereen’ werkt, hoor je vaak dat de buren bij wie er meestal wel iemand thuis is, een soort onbezoldigd afhaalcentrum worden.

Alweer ruim twee jaar geleden (!) stond in de Groene Amsterdammer een artikel over de schandalige slavenarbeid van pakjesbezorgers in Duitsland. Dit is de inleiding van het artikel:

“Almaar sneller, almaar goedkoper: het internet maakt het mogelijk. Mobieltjes, kleding, laptops, wijn, kantoorartikelen en boeken belanden als bij toverslag en voor een zacht prijsje bij ons op de stoep. Het sjouwen gebeurt door anderen: in Europa zijn tussen de 250.000 en 300.000 mensen werkzaam in de koeriersbranche. Er is nauwelijks een bedrijfstak te vinden die even snel groeit: de omzet is de laatste tien jaar met zo’n dertig procent toegenomen. Jaarlijks zoeven ruim twee miljard pakketten door Duitsland, met inbegrip van de retour­zendingen, een kosteloze service waar we achteloos gebruik van maken als de waar ons niet bevalt.

Maar echt kosteloos is die dienst niet: de koeriers betalen ervoor. Ze moeten het vaak met een uurloon van vijf euro en minder stellen. De dumpprijzen en dito lonen zijn mogelijk gemaakt door de wetgever, die de branche ‘in het algemeen belang’ heeft gedereguleerd en geprivatiseerd. De post werd beetje bij beetje ontmanteld, en de privéconcerns vechten om de klanten.”

Volgens mij hebben we die misstand in Nederland ook al een hele tijd, maar daar hoor je tegenwoordig steeds minder over, want Zwarte Piet is een veel grotere misstand.

Een groot deel, in mijn ogen ook het belangrijkste deel van de ellende wordt veroorzaakt door de handige versnippering van de verantwoordelijkheid voor het product dat de consument bij het postorderbedrijf of de internetwinkel heeft besteld. Ooit was de firma Otto in dit verband in het nieuws, maar ik vrees dat je elke andere naam, ook Nederlandse, kunt invullen. Zo gaat het:

Je bestelt het begeerde artikel, rondt de betaling af en vertrouwt dat je het artikel na een tijdje in huis hebt. De internetwinkel maakt er een pakje van, plakt er een etiketje op en draagt het over aan een vervoerbedrijf, schakel 1. Het vervoerbedrijf zorgt ervoor dat jij je pakje krijgt, alleen staat nergens dat ze het zelf moeten bezorgen, dus huren ze een goedkopere, andere vervoerder in die het voor ze doet, schakel 2. Die andere vervoerder past misschien dezelfde truc toe en contracteert een nog goedkopere eigen rijder, schakel 3. Enzovoorts. *)

Bij klachten van de laatste schakel, de koerier, over slechte betaling, uitbuiterij of slavenarbeid geeft de eerste schakel niet thuis. De firma Otto heeft het keurig geregeld, zó keurig dat het bedrijf lange tijd werd geprezen voor zijn geweldig succesvol ondernemerschap.

De koerier, de laatste schakel, probeert zijn pakjes zo snel mogelijk kwijt te raken, want als er meer tijd aan een pakje verloren gaat, gaat zijn uurloon echt niet omhoog… Zit de buurvrouw die wél thuis is in die lege straat, de koerier een beetje te helpen terwijl meneer Otto pronkt met zijn mooie bedrijfsresultaat.

Wat natuurlijk ook kan, als je toch zo vaak niet thuis bent, is je bestelde spullen standaard laten bezorgen bij zo’n officieel afhaalpunt. Dan help je de koerier zélf.

[oktober 2014]

*) Zei er laatst iemand op een verjaardag dat de schuld bij die koeriers ligt: er zijn er zó veel dat ze mekaar dood concurreren. Fijn hè, de vrije markt.