Door op 10 september 1997

OPPO

Mij zou het moeite kosten om de beslissing van de oude Hafmo *), om Bouterse in Brazilië niet te laten aanhouden, op te blazen tot een artikeltje dat deze pagina kan vullen. Het parlement echter besteedt moeiteloos een hele dag aan de vraag of de ministers Van Mierlo en Sorgdrager wel juist gehandeld hebben.

Het ergerlijkste van de manier waarop wordt gedebatteerd, vind ik de overeen­komst met de interviews in de actualiteitenrubrieken op radio en tv. De vragen­steller legt de gast iets voor en, o wee, als de gast niet het antwoord geeft dat de vragensteller verwacht. Het standpunt van de gast doet er niet toe. Terwijl de belangstellende kijker of luisteraar met gekromde tenen wacht op iets zinnigs, zeurt de interviewer maar door. Dezelfde vraag wordt telkens ietsje anders opnieuw gesteld, waardoor de geïnterviewde zichzelf voortdurend herhaalt, zij het misschien ook in wat andere bewoording.

Als de gast een politieke achtergrond heeft, lijkt het wel het spelletje “geen ja, geen nee”. Het “nee” krijgt de gemiddelde politicus nog wel eens over de lippen, maar het “ja” zul je weinig horen. Een grondregel van interviewtechniek, heb ik geleerd, is open vragen te stellen. De moderne interviewer evenwel schijnt te moeten scoren op zijn vragen-met-ingebouwd-antwoord: vindt u ook niet dat…?

Van de woordvoerders van de oppositiepartijen in de Tweede Kamer kan ik me aan de andere kant ook nog wel voorstellen dat ze willen scoren. We gaan op de verkie­zingen af, dus we moeten ons profileren, nietwaar? Ik heb er een paar aan het werk gezien, op het spreekgestoelte of achter de interruptiemicrofoon. Verscheidenen raad ik van harte aan op hun manier voort te gaan. Daar kunnen we nog plezier aan beleven.

Neem nu de betreurenswaardige Jaap de Hoop Scheffer. Het viel me ooit op dat hij in optreden en soms zelfs in uiterlijk veel gelijkenis vertoont met wethouder Hek­king van de gemeente Juinen. Tijdens interviews trekt hij grimassen die nauwelijks gelijk lopen met de strekking van het gesprokene, alsof hij zich onder het spreken de aanbevelingen van zijn mediatrainer herinnert. Zo kan hij de ogen enigszins opensperren tot een guitig-indringende blik, die ik herken van Hekking wanneer die zich tussen de tv-camera en zijn burzjemeester dringt.

Sinds dit me een keer opviel, kan ik nauwelijks nog iets serieus nemen van wat hij ten beste geeft. Veel aanhang onder de bewonderaars van Koot en Bie zal het CDA zich op deze manier niet verwerven. Ga door, Jaap.

[september 1997]

 

*) de onlangs overleden H.A.F.M.O. (Hans) van Mierlo

 

Waar ben je naar op zoek?